Zoeken in deze blog

dinsdag 14 juni 2011

Duurzaamheid explodeert wereldwijd, behalve in Nederland

Jan Rotmans
Hoogleraar Duurzaamheid & Transities
Erasmus Universiteit Rotterdam
voorzitter van Urgenda

Duurzame innovatie is de snelst groeiende sector ter wereld. Er ontstaat een nieuwe economie rondom duurzaamheid, in het bijzonder rond schone technologie (‘çlean tech’). Deze sector maakt een stormachtige ontwikkeling door en groeit met zo’n 30% per jaar. Landen als China en de VS, maar ook Duitsland, Italië en Denemarken  investeren tientallen miljarden dollars per jaar in schone technologie. Nederland blijft hierbij sterk achter met een onderinvestering van ca. 1 miljard euro. Schone energie bepaalt mede de nieuwe economische orde die aan het ontstaan is, treffend verwoord door Obama: “het land dat de schone energie-economie domineert, zal het land zijn dat de wereldeconomie domineert en Amerika moet dat land zijn”. Schone energie is ook een banenmotor en levert de komende 10 jaar ca. 100 miljoen groene banen op. Er ontstaan nieuwe economische sectoren, zoals elektrisch vervoer, duurzaam bouwen, klimaatadaptief ontwikkelen en bio-chemie. Dat zijn nu nog niche-sectoren, maar zij kunnen uitgroeien tot de pijlers van een nieuwe, schone economie. Ook ontstaat een nieuwe maakindustrie, we gaan dingen op een andere manier maken, schoon, milieuvriendelijk en gericht op de natuur.


Naast deze duurzame globalisering is er ook sprake van glocalisering, de hang naar lokale worteling. Steeds meer mensen willen zelf dingen ter hand nemen en niet afhankelijk zijn van globale krachten en bedrijven. Dit speelt op het gebied van voeding, energie en zorg. In Nederland manifesteert zich dat via een explosie van lokale en regionale energiebedrijven (veelal coöperaties). Inmiddels zijn er al meer dan 300 initiatieven voor decentrale duurzame energieopwekking.
Ook in het bedrijfsleven is duurzaamheid gemeengoed aan het worden. Zoals Paul Polman, CEO van Unilever onlangs zei: “wie niet aan duurzaamheid werkt, heeft als bedrijf over 15 jaar geen bestaansrecht meer”. Naast veel kleine bedrijven, vooral ZZP-ers en start-ups, verduurzamen ook steeds meer grote bedrijven. Dit uit zich niet alleen in hun visie, missie en strategie, maar vooral in hun bedrijfsvoering en businessmodel. De oprichting dit jaar van de Groene Zaak, een soort groen VNO/NCW, met 80 grote en middelgrote ondernemingen die koploper zijn in duurzaam ondernemen, onderstreept dit nog eens.


De markt verduurzaamt ook in snel tempo: de omzet van duurzame producten en diensten groeit twee keer zo snel als van normale producten en diensten. Voorbeelden zijn biologische voeding, groene stroom, hybride auto’s, energiezuinige wasmachines, zonneboilers, maar ook duurzame aandelen die een aanzienlijk hoger rendement opleveren dan gewone aandelen. Een groep van ca. 1.7 miljoen mensen (‘cultural creatives’) propageert een duurzame leefstijl, maar mist een concreet handelingsperspectief: ze willen wel, maar weten niet zo goed hoe en worden daarbij ook niet adequaat bediend.


Kortom, de grondtoon van de economie en samenleving wordt steeds duurzamer. Opvallend is echter dat deze grondtoon niet resoneert in Den Haag. Duurzaamheid lijkt dood verklaart in Den Haag. Het tempo van verduurzaming wordt weliswaar allang niet meer bepaald door politiek Den Haag, toch kan een adequaat kabinetsbeleid de noodzakelijke transitie naar een duurzame samenleving wel versnellen. En het is hard nodig, want op het gebied van duurzame energie staat Nederland twee na laatste in de Europese ranglijst van 27 EU-landen, alleen Cyprus en Groot-Brittannië staan nog achter Nederland. Nederland wekt nog geen 4% van zijn energie duurzaam op en dit percentage is zelfs nog gedaald afgelopen jaar. En als er nog vier kolencentrales bijkomen wordt Nederland echt de vieze man van Europa.


Vanwaar toch die politieke duurzaamheids inertie in Den Haag? Dit heeft meervoudige oorzaken: (i) door de compromissencultuur in de Nederlandse politiek, terwijl verduurzaming van de samenleving om radicale keuzes vraagt; (ii) de gevestigde belangen hebben grote invloed op politiek Den Haag en het fossiele energieregime is gebaat bij het zo lang mogelijk gebruiken van fossiele brandstoffen; (iii) de overheidsinkomsten die nog afhankelijk zijn van gasgebruik,  jaarlijks zo’n 10-12 miljard; (iv) het verouderde instrumentarium van subsidies, defensieve wet- en regelgeving en het ontbreken van innovatieve financiële arrangementen om duurzaamheid slim en gericht te stimuleren


Den Haag is dus vooral bezig met incrementele verandering, in plaats van met radicale, fundamentele verandering. Zo kan het gebeuren dat na al die jaren nog steeds geen ‘feed-in’ tarief is ingevoerd in Nederland en dat het prachtige burgerinitiatief ‘Nederland krijgt schone energie’ op formele gronden door de Tweede Kamer om zeep wordt geholpen. En zo wordt er wellicht straks toch weer een kerncentrale gebouwd in Zeeland dankzij de pro-kernenergie lobby die dwars door de CDA-gelederen loopt.


Toch is er sluipende onvrede binnen een aantal politieke partijen over het ontbreken van een groene kleur in het huidige beleid. Dit wordt geïllustreerd door de ludieke actie van groene ondernemer Ruud Koornstra, die op ongedachte wijze de 1ste kamer wil binnenkomen en uiting wil geven aan het groeiende groene onbehagen in de samenleving. Hij krijgt onverwacht veel steun en bijval vanuit allerlei politieke partijen, dus het lijkt hem nog te gaan lukken ook: Fortez Ruud, schudt de boel op in Den Haag!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten